Eén blik. Meer hebben de twee hoofdpersonages in deze film niet nodig om elkaar te begrijpen. En toch. Er lijkt iets verloren; vergeten in één van de gangen in het hotel, of bewust daar onder de mat geveegd?
Regisseur Moon Blaisse won in 2011 een VAF Wildcard met haar afstudeermozaïek Misschien Later. In haar nieuwste kortfilm, een productie van De Wereldvrede, laat ze die deeltjesstructuur grotendeels varen. Al blijft er ruimte voor zijstraatjes en minitaferelen die meetrippelen op de vanaf het begin gezette sombere thematiek.
Guest (goed voor de UPCB/UBFP-Persprijs op IKL2015) kijkt weg zoals het lezen van een goed boek: met een oog voor detail en een wereld die zich tussen de lijntjes afspeelt. Samen met director of photography Grimm Vandekerckhove wordt er gezocht naar een meanderende esthetiek die uiteindelijk hyperconsequent wordt uitgevoerd en bijdraagt tot de emotionele lading van de film, en haar personages. Bovenal belooft de film al bij het eerste shot een melancholische, donkere en poëtische sfeer die succesvol wordt doorgetrokken tot het eind.
Blaisse schept een sfeervolle anekdotiek, beleefd door een protagonist die zo waardig menselijk wordt neergezet, dat we alleen maar kunnen geloven wat hij zegt. De klasse waarmee Peter Van den Begin acteert – nu eens grimmig, dan weer warm –, smeekt haast om onze empathie. Gevangen in zijn eigen gedachten, lijkt hij het lastig te hebben zich te binden met wie dan ook. Eenzaamheid slokt hem op, maar wie zegt dat hij dat erg vindt?
Guest maakt niet bepaald gelukkig, maar staat je toe het zwaarmoedige te omarmen. Wanneer aan de andere kant van de telefoon de vaderlijke woorden ‘ge kunt toch gewoon iets vertellen’ klinken, belicht dat een pijnlijke kleinmenselijkheid die bovenal uiterst herkenbaar is.
Sfeervolle, melancholische anekdotiek waarbij elke stilte meer zegt dan honderd woorden.
In Guest krijg je niks gratuit. Elke aanraking en elke blik zijn van belang. En bovenal: elke dialoog hoort er bij, daar waar stilte waakt over meer dan honderd ongesproken woorden. De regisseuse geeft dan ook geen kant-en-klare betekenissen mee. De emotionele ruimte tussen man en vrouw is voelbaar, fysiek zichtbaar, maar verklaren kan de kijker niet. Dat hoeft ook niet, daarvoor is de spanning tussen de twee hoofdpersonages - een orgelpunt van twee rasacteurs die ijzersterk spelen - treffend genoeg.
De film voelt dan ook een beetje als 'wachten op Godot', die uiteindelijk kort om de hoek komt kijken, maar nooit zijn geheimen lost.